De gemeente Noardeast-Fryslân heeft een nieuw beleid voorgesteld voor de verpachting van haar agrarische gronden, gericht op duurzaamheid en biodiversiteit. Dit beleid, dat vanaf 1 januari 2026 van kracht moet worden, geeft de voorkeur aan biologische en Skal-gecertificeerde boeren. Het voorstel leidde tot een levendig debat in de gemeenteraad.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
In de gemeenteraad van Noardeast-Fryslân werd deze week een voorstel besproken dat de verpachting van gemeentelijke agrarische gronden ingrijpend moet veranderen. Het nieuwe beleid, dat duurzaamheid en biodiversiteit centraal stelt, kreeg brede steun, maar leidde ook tot kritische vragen en enkele amendementen.
Voorkeur voor biologische boeren
Het voorstel houdt in dat de gemeente haar gronden voortaan wil verpachten aan boeren die voldoen aan criteria voor duurzaamheid en biodiversiteit, met een voorkeur voor biologische en Skal-gecertificeerde bedrijven. "Wy binne tige wiis mei dit foarstel," aldus FNP-raadslid Boersma, die benadrukte dat het voorstel aansluit bij de groene visie van zijn partij.
Amendementen voor extra bescherming
Tijdens het debat werden door de FNP e.a. twee amendementen ingediend. Het eerste amendement, dat unaniem werd aangenomen, stelt dat sierteelt alleen is toegestaan op biologische basis. "Met dit amendement geven we een duidelijk signaal af dat andere manieren van sierteelt, waarbij vaak grote hoeveelheden bestrijdingsmiddelen worden gebruikt, niet gewenst zijn," verklaarde ChristenUnie-raadslid Dekkema.
Het tweede amendement, dat eveneens werd aangenomen, verplicht boeren om een strook van drie meter langs sloten tot 15 juni ongemaaid te laten, ter bescherming van jonge weidevogels. "Dit helpt mee om jonge weidevogels een betere bescherming te bieden en het aanbod van insecten te vergroten," aldus Dekkema.
Kritiek op uitvoerbaarheid en economische gevolgen
Niet alle partijen waren even enthousiast. Liberaal Noardeast-Fryslân uitte zorgen over de uitvoerbaarheid en de economische gevolgen van het voorstel. "Wij vinden dat het aan de ondernemer is wat die doet met zijn grond," stelde raadslid Vogelzang. Ook Gemeentebelangen had bedenkingen bij het amendement over de sierteelt, maar besloot uiteindelijk niet tegen te stemmen vanwege de bredere steun voor het grondbeleid.
Een stap naar een duurzame toekomst
Wethouder Koonstra benadrukte dat het nieuwe beleid een stap is in de richting van een duurzamere agrarische sector in de gemeente. "Wy wolle as gemeente it goeie foarbyld jaan op eigen grûn," zei hij. De effecten van het nieuwe beleid zullen in toekomstige begrotingen worden geëvalueerd.
Met de goedkeuring van het voorstel zet Noardeast-Fryslân een belangrijke stap richting een duurzamere toekomst, waarbij de gemeente haar verantwoordelijkheid neemt voor het behoud van biodiversiteit en het stimuleren van biologische landbouw.
Samenvatting van het voorstel
De gemeente Noardeast-Fryslân overweegt een nieuw beleid voor de verpachting van agrarische gronden. Dit beleid zou vanaf 1 januari 2026 ingaan en richt zich op duurzaamheid en biodiversiteit. Het voorstel is om gronden te verpachten aan boeren die aan deze criteria voldoen, met een voorkeur voor biologische en Skal-gecertificeerde bedrijven. Dit kan leiden tot lagere inkomsten, omdat de hoogste bieder niet meer automatisch de pacht krijgt. De huidige pachtovereenkomsten blijven ongewijzigd. De gemeente wil hiermee bijdragen aan een duurzame agrarische ontwikkeling. De effecten van dit beleid zullen in toekomstige begrotingen worden geëvalueerd.
Documenten
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
Het voorstel draagt de titel "Aanpassing Programma Grondbeleid m.b.t. verpachting en biodiversiteit". Het beoogt de verpachting van gemeentelijke agrarische gronden te herzien door duurzaamheid en biodiversiteit als centrale criteria te hanteren. Vanaf 1 januari 2026 worden nieuwe pachtovereenkomsten gegund aan partijen die het beste voldoen aan deze criteria, met een voorkeur voor biologische boeren en Skal-gecertificeerde bedrijven. Dit beleid wijzigt de huidige praktijk van gunning aan de hoogste bieder naar een vaste pachtprijs, wat kan leiden tot lagere inkomsten. Lopende pachtovereenkomsten blijven ongewijzigd.
Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is redelijk volledig, met duidelijke doelstellingen en argumenten. Het bevat echter geen gedetailleerde financiële analyse van de impact op lange termijn.
Rol van de Raad:
De raad moet instemmen met de voorgestelde wijzigingen in het grondbeleid en de bijbehorende gunningscriteria.
Politieke Keuzes:
De raad moet kiezen tussen het huidige beleid dat maximale inkomsten nastreeft en het nieuwe beleid dat duurzaamheid en biodiversiteit prioriteert, mogelijk ten koste van inkomsten.
SMART Analyse en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en tijdgebonden (inwerkingtreding per 1 januari 2026), maar mist meetbare doelen en een gedetailleerde evaluatie van de impact. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de financiële gevolgen zijn niet volledig uitgewerkt.
Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten om het aangepaste beleid en de gunningscriteria goed te keuren.
Participatie:
Het voorstel vermeldt dat de uitgifte van gronden openbaar wordt gepubliceerd, maar geeft geen verdere details over participatie van belanghebbenden.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is een centraal thema in het voorstel, met een focus op biologische landbouw en biodiversiteit.
Financiële Gevolgen:
Het voorstel erkent dat de nieuwe gunningscriteria kunnen leiden tot lagere pachtinkomsten, maar geeft aan dat dit geen directe gevolgen heeft voor de huidige begroting. Er is geen gedetailleerde financiële dekking of analyse van de lange termijn impact.
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
Het amendement draagt de titel "3 meter strook" en betreft een wijziging in het programma Grûnbelied van de gemeente Noardeast-Fryslân. Het voorstel beoogt een ecologische maatregel door te voeren bij de verpachting van nieuwe gronden. Specifiek wordt voorgesteld dat tot 15 juni niet gemaaid mag worden tot 3 meter vanaf de insteek van de sloot. Dit biedt jonge weidevogels een schuilplaats en voedselbron, in lijn met de pachtvoorwaarden van de provincie.
Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is redelijk volledig. Het bevat een duidelijke maatregel en een toelichting op het waarom van de maatregel. Echter, verdere details over de implementatie en handhaving zouden de volledigheid kunnen verbeteren.
Rol van de Raad:
De raad heeft de rol om het amendement te beoordelen, te bespreken en uiteindelijk te stemmen over de aanpassing van het bestaande beleid.
Politieke Keuzes:
De raad moet kiezen of zij de ecologische voordelen voor weidevogels zwaarder laten wegen dan eventuele economische nadelen voor pachters die beperkt worden in hun maaibeleid.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en tijdsgebonden (tot 15 juni), maar mist meetbare en haalbare criteria. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de haalbaarheid en meetbaarheid kunnen beter worden uitgewerkt.
Besluit van de Raad:
De raad moet beslissen of zij instemmen met de voorgestelde aanvulling op de verpachtingscriteria.
Participatie:
Het voorstel vermeldt geen specifieke participatie van belanghebbenden zoals pachters of natuurorganisaties in de besluitvorming.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is een relevant onderwerp, aangezien het voorstel ecologische voordelen biedt door de bescherming van weidevogels.
Financiële Gevolgen:
Het voorstel bespreekt niet expliciet de financiële gevolgen of hoe deze gedekt worden. Mogelijke kosten voor handhaving of compensatie voor pachters worden niet genoemd.
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
Het amendement heeft als titel "Amendemint Art. 47 RfO Agindapunt: 5 (Programma Grûnbelied) Underwerp: Sierteelt". Het amendement stelt voor om de procedure en gunningscriteria voor de verpachting van nieuwe gronden aan te passen, zodat sierteelt niet wordt toegestaan tenzij deze biologisch is. Dit is vanwege zorgen over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de sierteelt, die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid, vooral in de nabijheid van woongebieden. De aanpassing sluit aan bij provinciale voorwaarden.
Volledigheid van het Voorstel:
Het voorstel is redelijk volledig, aangezien het duidelijk de reden voor de wijziging en de specifieke aanpassing aan de gunningscriteria beschrijft. Echter, verdere details over de implementatie en handhaving van de biologische teeltcriteria zouden de volledigheid kunnen verbeteren.
Rol van de Raad:
De raad heeft de rol om het amendement te beoordelen, te debatteren en uiteindelijk te stemmen over de aanpassing van de gunningscriteria voor verpachting van gronden.
Politieke Keuzes:
De raad moet kiezen of ze de beperking op sierteelt willen ondersteunen, wat een balans vraagt tussen economische belangen van de sierteeltsector en de volksgezondheid en milieubescherming.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en tijdgebonden (ingang per 01-01-2026), maar mist meetbare criteria voor wat "biologische basis" precies inhoudt. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar verduidelijking van de biologische criteria zou helpen.
Besluit van de Raad:
De raad moet besluiten of ze het amendement aannemen, wat betekent dat ze instemmen met de voorgestelde wijziging in de gunningscriteria.
Participatie:
Het voorstel vermeldt geen specifieke participatie van belanghebbenden of inwoners in de besluitvorming, wat een gemiste kans kan zijn voor bredere betrokkenheid.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is een relevant onderwerp, aangezien de beperking op niet-biologische sierteelt gericht is op het verminderen van schadelijke milieu- en gezondheidseffecten.
Financiële Gevolgen:
Het voorstel bespreekt niet expliciet de financiële gevolgen of hoe deze gedekt worden. Er kan een economische impact zijn voor sierteeltbedrijven die niet biologisch telen, maar dit wordt niet verder uitgewerkt.
-
-